Waar zit jouw blinde vlek?
20 minutenWat heb je nodig?
Aan de slag
Teken met de blauwe of zwarte pen op je blaadje een grote stip, ongeveer 1 centimeter groot. Schrijf met dezelfde pen rechts ernaast, op 1,5 centimeter afstand het cijfer 1. Schrijf weer rechts ernaast op 1,5 centimeter afstand een 2. En dan op 1,5 centimeter afstand een 3. En ga zo door met een 4, een 5, een 6 en tot slot een 7.
• 1 2 3 4 5 6 7
Houd het papier 20 centimeter van je neus. Doe je rechteroog dicht. Kijk met je linkeroog naar de stip en daarna rustig naar de cijfers 1 tot en met 7. Op een gegeven moment verdwijnt de stip. Bij welk cijfer is dit bij jou?
Teken met de rode stift een lijn dwars door de stip en 1 tot en met 7.
Houd het papier weer 20 centimeter van je neus. Doe je rechteroog dicht. Kijk met je linkeroog naar de stip en daarna rustig naar de cijfers 1 tot en met 7. Op een gegeven moment verdwijnt de stip. Bij welk cijfer is dit bij jou? En wat gebeurt er met de rode lijn?
Wat weet je nu?
Als de stip verdwijnt, dan is de stip op je blinde vlek terecht gekomen. Iedereen heeft deze plek in het oog. Wat je ziet, komt als eerste op je netvlies. Hierin zitten zintuigcellen die het beeld doorgeven via oogzenuwen naar je hersenen. Op de plek in je netvlies waar de oogzenuwen samenkomen en je oogbol verlaten, dat is de blinde vlek. Dit is een plek waar geen zintuigcellen zitten en kan je dus niets zien.
Je hersenen zorgen ervoor dat deze kleine blinde vlek niet een zwarte vlek in je beeld is. Het wordt ingekleurd door het beeld wat er omheen zit. Dus op een wit blaadje wordt de blinde vlek ook wit. Maar als je een rode streep zet, dan zal de blinde vlek ook een rode streep worden.
De blinde vlek zit in je linker- en rechteroog. Maar als je het experiment nog een keer doet en dan kijkt met je linkeroog, dan moet je het wel in spiegelbeeld doen. Dus zet de stip rechts van de cijfers en schrijf dan van rechts naar links de 1 tot en met 7. Verdwijnt de stip op een ander moment?